1. Specificatietabel

volgende ->

Een specificatietabel (ook vaak toetsmatrijs genaamd) bestaat aan de ene kant uit de belangrijke onderwerpen uit de cursus of het vak waar u vragen over wilt stellen en anderzijds uit het cognitieve niveau waarop u zich wilt richten met de vragen.

Onderwerpen Weten – Reproductie
Toetsvragen op het niveau van het reproduceren van kennis doen een beroep op het geheugen (feitenkennis). Feiten dienen herkend te worden of feiten dienen in een verband te worden gebracht.
Toepassing
Bij toepassingsvragen worden studenten voor een voor hen nieuw probleem gesteld. Het probleem wordt opgelost door verschillende kenniselementen met elkaar in verband te brengen of met een formule, wet of oplossingsprincipe.
Inzicht
Inzichtvragen vereisen van studenten een hoge mate van reorganisatie van het probleem en zelfstandig denken. De vragen doen een beroep op intellectuele vaardigheden als interpretatie, analyse, synthese en evaluatie.
Totaal
1 5 5 2 12
2 4 2 2 8
3 5 1 1 7
Enz.
Totaal

Onderwerp en aantal vragen

  • Vermeld de belangrijkste onderwerpen uit de cursus, meestal voldoet een aantal van rond de vijftien.
  • Het aantal vragen is van belang voor de representativiteit (inhoudsvaliditeit) van de toets. Een juiste verdeling van de vragen over de cellen in de specificatietabel zal er voor zorgen dat de toets representatief is.
  • Het aantal vragen is ook van belang voor de betrouwbaarheid van de toets (hoe meer vragen, hoe beter).
  • Hoe belangrijker u het onderwerp vindt, des te meer vragen u er over moet stellen.
  • Vermeld in de cellen het aantal vragen dat u wilt stellen over het betreffend onderwerp op het betreffend niveau.
  • Zorg er voor dat over ieder onderwerp tenminste één vraag wordt gesteld.

Hoeveel vragen gesteld kunnen worden is afhankelijk van de vorm en de toetstijd.