Een multiple-choice vraag bestaat uit twee delens: (a) de stam van de vraag ofwel ( stimulus) en (b) de alternatieven (answer). De student wordt gevraagd om het correcte alternatief te selecteren. Er is slechts één alfternatief juist of kan aangemerkt worden als het beste.
Voordelen
Multiple-choice vragen voorzien in…
- een betrouwbare test bij 40-50 vragen.
- in de mogelijkheid om een ruime hoeveelheid onderwerpen te bevragen per tijdseenheid.
- in een hoge nakijkefficiency en accuratesse.
- veelzijdigheid in het meten van alle niveaus van cognitieve vaardigheid.
- een lagere blind raden score in vergelijking met Juist/Onjuist vragen.
- het aanbieden van verschillende foute alternatieven die diagnostische feedback kunnen opleveren.
Beperkingen
Multiple-choice vragen …
- zijn moeilijk en arbeidsintensief om te maken.
- leiden snel tot het stellen van vragen over feitjes.
- doen een groot beroep op de leesvaardigheid van de student.